Het meeste vastgoed in het VK wordt beheerd door eigenaars. De eigenaar verkrijgt het volledige wettelijke eigenaarschap van de woning, de grond en zijn rechten. Dit kan enkel gewijzigd worden door de wet of specifieke voorwaarden in het verkoopscontract. De meeste huizen (gesloten, halfopen of open bebouweing) worden zo verkocht. De meeste appartementen in Engeland en Wales worden verkocht als erfpacht (omtrent 3 miljoen huizen, vooral in steden en aan de zuidkust). Bij erfpacht koop je enkel de woning maar niet de grond. De bezitter is eigenaar van het goed en rekent de huurder een jaarlijkse kost aan voor de grond. Ook moet de huurder jaarlijks betalen voor diensten zoals onderhoud en herstellingen van het gebouw.
Duur van de erfpacht
De erfpacht duurt een aantal jaar waarbij het eigenaarschap terug overgaat op de bezitter. Het eigenaarschap is beperkt tot de duur van de huur, bijvoorbeeld 80 tot 100 jaar voor een oud huis en tot 999 jaar voor een nieuw gebouw. In de meeste andere landen werkt men met een systeem van medeeigenaarschap bij appartementen.
De wet op erfpacht betekent dat je een fortuin kan betalen voor een huis maar dat je technisch gezien het niet je eigen huis kan noemen. Huurders betalen enkel voor de grond. Niettemin kunnen er regels zijn waarbij het verboden is om gordijnen of behangpapier te vervangen of om huisdieren te houden. Ook gebeurt het regelmatig dat verhuurders misbruik maken van de situatie zoals hoge administratiekosten aanrekenen, nep-facturen verstrekken aan huurders en andere pesterijen.
De staat van een eigendom kan meerdere keren veranderen gedurende de huurtijd en wanneer deze periode verstreken is behoort de eigendom terug aan de orginele eigenaar toe (de bezitter). De huurperiode is het belangrijkste aspect. Men moet vooral opletten als de resterende duur nog minder dan 50 jaar bedraagt. In dit geval zal men moeilijk een hypotheek krijgen. De meeste professionelen achten dat 75 jaar het minimum is. De huur omvat vaak speciale voorwaarden waarmee men rekening moet houden. Voor advies of informatie over huren kan je de volgende instantie contacteren: the Leasehold Advisory Service (Tel. 020-7490 9580). Zij kunnen je ook een aanvraagformulier verschaffen voor een Leasehold Valuation Tribunal.
Het kopen van de eigendom
Vanaf het jaar 1993, wanneer de Leasehold Reform, Housing and Urban Development Act wet werd, hebben huurders het recht om de grond te kopen. Men noemt dit een gezamenlijke eigenaarschap en vele appartementen worden verkocht met een deel van de freehold. Er zijn echter strenge regels inzake woonplaats en de procedure kan lang zijn en de kost onzeker. Daarom vraag je best advies aan een gekwalificeerde consulent. Eigenaars van een gezamenlijke freehold kan kiezen om zelf het gebouw te beheren of om beroep te doen op een manager. Je kan het best beroep doen op een manager om geschillen te vermijden.
Door de wet van het jaar 1993 kunnen leaseholders hun huur verlengen met 90 jaar en als de freeholder beslist om de freehold te verkopen moet hij de huurder het recht geven om het als eerste te kopen. De nieuwe wetgeving breidt de rechten van leaseholders uit en houdt de machtsbalans tussen freeholder en leaseholder in evenwicht. Onder een nieuw soort eigenaarschap, genoemd commonhold, hebben leaseholders het recht om de freehold te kopen en om een commonhold associatie te bouwen om te gemeenschappelijke delen van de eigendom te beheren.
Voor informatie kan je contact opnemen met the Leasehold Enfranchisement Advisory Service (6-8 Maddox Street, London W1R 9PN, 020-7493 3116). Zij geven gratis advies en hebben lijsten met consulenten die zich specialiseren in deze zaken. Als je een lease verkoopt dat voor het jaar 1996 opgemaakt werd, moet je er voor zorgen dat de consulent een schadevergoeding voorziet in het contract. Zo wordt de nieuwe leaseholder aansprakelijk voor de schulden. Deze afwijking werd afgeschaft in the Landlord and Tenants (covenants) Act van 1995.